Gratis douchen met warmte uit koemelk

Geplaatst op 11 december 2015 door Redactie

Het nieuwe Milkco-systeem, dat bedacht en ontworpen is door Enerso Energy Solution, haalt de warmte uit koemelk om deze vervolgens te gebruiken voor de verwarming van het woonhuis van de boerderij. „We zitten al jaren in de koeltechniek en de warmtepompen”, zegt Joop Veneman, directeur van Enerso Energy Solutions. „Een warmtepomp is eigenlijk gewoon een koelmachine. Je haalt ergens warmte uit en brengt het ergens anders naar toe. Dat is in het kort het principe van de winning van warmte uit koemelk.” Samen met installatiebedrijf F.H. Loohuis heeft Enerso Energy Solutions twee pilotprojecten met het Milkco-systeem opgestart.

„Wij zijn als fabrikant en leverancier van warmtepompsystemen een redelijk nieuwe speler in de markt”, vertelt Veneman. „Om bij klanten en installateurs binnen te komen, moet je op zoek naar iets om je te onderscheiden. De warmteterugwinning uit koemelk is heel hot. Vandaar dat we daar samen met het installatiebedrijf op ingezet hebben. We gebruiken de warmte die vrijkomt bij het koelen van de melk voor de verwarming van woning, kantoor en kantine.” „Ook wij zijn continu op zoek naar nieuwe mogelijkheden om energie te besparen”, zegt Nick Wesselink, mede-eigenaar van F.H. Loohuis Installatie. „Johan Hutten van maatschap Groot-Hutten wil zijn bedrijf over een aantal jaren energieneutraal hebben. Onderdeel hiervan is het terugwinnen van de warmte uit koemelk. Er komen ook nog zonnepanelen om het bedrijf van elektriciteit te voorzien. Straks wordt door de melkfabriek doorberekend hoe energieneutraal een bedrijf is en dat is terug te vinden in de melkprijs.”

Melk komt gekoeld in tank

Gewoonlijk wordt de melk die met een temperatuur van 37 oC uit de koe komt, in de tank gekoeld tot een temperatuur van 4 oC. Nu wordt via een warmtepomp de warmte uit de melk gehaald, waardoor deze al gekoeld in de tank komt. De opgewekte warmte wordt gebruikt voor warm tap- en douchewater en voor de verwarming van woonhuis, kantoor en kantine en voor de reiniging van de melkmachine. „Voor de pieken zit er meestal nog wel een gasketel in het systeem”, laat Veneman weten. „Maar er zijn ook systemen die zonder gasketel draaien. Afhankelijk van het aantal koeien, kan de veehouder zo’n 5.000 m3 gas per jaar besparen. Ook de agrariërs moeten steeds duurzamer gaan werken. Alles moet zuiniger en met minder CO2-uitstoot. Dit is één manier om een grotere duurzaamheid te bereiken.”

Proefopstelling

Om te testen of dit principe werkte, heeft Veneman eerst een proefopstelling bij zijn bedrijf gebouwd met een vat warm water, dat de warme melk simuleerde. „Wesselink kwam bij ons kijken en had vertrouwen in het systeem”, zegt Veneman. „Zo is het pilotproject ontstaan. Bij het eerste pilotproject is de warmte alleen voor het reinigingswater gebruikt. Het woonhuis werd nog niet verwarmd. Bij het tweede project, bij Maatschap Groot-Hutten in Geesteren, wordt de warmte uit de koemelk zowel voor het reinigingswater voor de stallen, verwarming en warm tapwater voor zowel het bedrijf als voor de woning gebruikt. Ze douchen dus gratis met warmte uit de koemelk.”

Cijfers

„Beide systemen hebben nu een winter gedraaid”, zegt Veneman. „Het bedrijf van Maatschap Groot-Hutten is vorig jaar november in bedrijf gesteld. Het is een compleet nieuw bedrijf. Daardoor zijn er geen cijfers van een oude situatie om mee te vergelijken. Dat is wel jammer. De installateur heeft de cijfers wel vergeleken met een soortgelijke boerderij, zonder dit systeem. Die cijfers laten zien dat er bij Groot-Hutten 2.500 kub minder gas verbruikt is. Het systeem is berekend op 160 koeien, maar omdat het bedrijf nog aan het opbouwen is, is dat aantal nog niet bereikt. Dat maakt het eveneens lastig om al concrete cijfers te noemen.” Het uitgangspunt van het systeem is 3.000 liter melk per dag en een installatie van drie melkrobots. Er zijn nu twee melkrobots aanwezig en per dag is er 400 liter reinigingswater nodig. „Theoretisch gezien zouden ze met dit systeem zo’n 5,5 tot 6.000 m3 gas per jaar kunnen besparen”, rekent Veneman uit. „Maar dit zijn theoretische getallen. Alle warmte kan nooit worden teruggewonnen, omdat er in de zomer minder warmtevraag is.” „Momenteel is een student Technische Bedrijfskunde van Saxion voor zijn afstudeeropdracht bezig met allerlei metingen om te onderzoeken wat het project daadwerkelijk aan energie bespaart, zodat we over een poosje harde cijfers kunnen noemen. Dit kan ons helpen om het systeem beter in de markt te zetten.”

Optimalere werking bij grotere warmtevraag

Het systeem zou nog optimaler werken als de vraag naar warmte in de zomer groter zou zijn. „In de zomerperiode is er te weinig verwarmingsvraag”, legt Veneman uit. „De woning hoeft immers niet verwarmd te worden. Hierdoor kan niet alle warmte uit de melk nuttig worden ingezet en moet, om de melk te koelen de traditionele koelmachine inkomen. Het zou ideaal zijn om aan de restwarmte in de zomer ook een nuttige invulling te geven waardoor er maximaal bespaard wordt en de koelmachine overbodig is.” „Het is zonde dat in de zomer de overtollige warmte weggegooid wordt”, vindt Wesselink. „Daar moet een andere toepassing voor zijn. We hebben ideeën over de monovergisting van mest voor het opwekken van biogas. Hoe warmer de mest, hoe beter de vergisting en dat komt ten goede aan de gasproductie en bijvoorbeeld aan elektraopwekking via generatoren.”